Installatiehandleiding: Op de weg gerichte AI-dashcam

In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u een op de weg gerichte AI-dashcam moet installeren. Download de Geïntegreerde video-app voor de instructies om de installatie af te ronden.

Voor u begint

• Controleer wat er in deze doos zit
• Pak uw gereedschap
• Zet uw voertuig klaar
• Download de app en meld u aan
• Identificeer de camera
• Voertuig identificeren

Installeer de camera

• Stap 1. Verbind met de voedingsbron
• Stap 1. Aansluiten op een OBD-II poort (kabel C)
• Stap 1. Aansluiten aan een connector met 9 pennen (kabel D)
• Stap 1. Aansluiten met de aansluitkabel met 3 draden (kabel E)
  • Insteken in kabel-methode
• Stap 2. Verwijder het zijpaneel
• Stap 3. Een bevestigingsplek zoeken
• Stap 4. Pas de camera aan
• Stap 5. Maak de voorruit schoon
• Stap 6. Plak de wig aan de camera (optioneel)
• Stap 7. De camera plaatsen
• Stap 8. Vergrendel de camera
• Stap 9. Werk de kabels weg
• Stap 10. Bewaar het lenskapje
• Stap 11. Wijs de camera toe

Voltooi de installatie

• Berg alles netjes op

Voor u begint

Controleer wat er in deze doos zit

• 1. Camera (x1) (vast aan bevestigingsbeugel)
• 2. Hulpmiddel om het paneel te verwijderen (x1)
• 3. T6-kruiskopschroevendraaier
• 4. Kabelklemmen (x5)
• 5. Alcoholdoekjes (x2)
• 6. Reserve bevestigingsplakstrip (x1)
• 7. Kabelbinders (x3)
• 8. Bevestigingsbeugel (x1) met stroomkabel (A) eraan bevestigd, en de volgende kabels:
  • OBD-II aansluitkabel (C) (x1)
  • Aansluitkabel met 9 pennen (D) (x1)
  • Aansluitkabel met 3 draden (E) (x1)
• 9. Zakje met trekkoord (x1)
• 10. Snelstartgids voor bestuurders (x1)
• 11. Privacysticker (x1)
• 12. Lenskapje (x1)
• Bestellingen van 64 G micro SD-kaart (x1) (al geplaatst in camera) - of grotere SD-kaarten worden apart verzonden
• Simkaart (al geplaatst in camera)

Voor voertuigen met een voorruit met gesplitst scherm ontvangt u ook:

• Installatie wig (x1)
• Bevestigingsplakstrip (x1)
• Alcoholdoekje (x1)

Pak uw gereedschap

Afhankelijk van uw voertuigtype heeft u het volgende gereedschap nodig:

• Zaklamp
• Extra tiewraps

Zet uw voertuig klaar

Zorg dat:

• Er op dit voertuig een volgsysteem zit geïnstalleerd.
• Het voertuig zich in een gebied met goede netwerkdekking bevindt.
• Het voertuig geparkeerd is op een vlakke ondergrond en dat er een lege ruimte van minstens 23 meter is. Hierdoor kan er nauwkeurig worden gekalibreerd en de horizon worden ingeschat.
• U schakelt het contact uit.
• Zorg ervoor dat de temperatuur niet te hoog of te laag is, aanbevolen is tussen de 50°F en de 80°F (10- 26°C). Parkeer overdekt, in de schaduw of gebruik de ar-conditioning van uw voertuig om de temperatuur te reguleren.

Plak de camera nu niet op de voorruit. Wacht tot stap 7.

Download de app en meld u aan

Om de camera te installeren, gebruikt u Geïntegreerde video-app of de Reveal Hardware Installer-app (alleen voor installatiepartners van Verizon Connect).

1. Download de Geïntegreerde video-app:
   
   Download de Reveal Hardware Installer-app:
   
   Niet zeker welke app u moet gebruiken?
2. Log in bij de app met uw inloggegevens van Verizon Connect.
   Als u geen inloggegevens heeft, neem dan contact op met uw systeembeheerder.
3. Ga naar de installatiestappen:
   
   • Tik in de Instellingen van de Geïntegreerde video-app op Nieuwe camera toevoegen.
   • Volg de controlestappen in de Reveal Hardware Installer-app.

Identificeer de camera

De camera heeft een uniek serienummer en barcode die op de camera zelf en op de doos waarin de camera werd geleverd staan.

1. Houd uw apparaat op een manier dat de barcode verschijnt in de zoeker van de app. De app herkent het serienummer automatisch en laad de volgende stap in. Tik op Inschakelen om een flits te gebruiken.
   • Als het serienummer niet automatisch wordt herkent, tik dan op Handmatige invoer om het serienummer met het toetsenbord in te voeren en tik dan op Volgende.

Voertuig identificeren

De camera moet worden toegewezen aan een voertuig zodat door de camera gedetecteerd onrustig rijgedrag gekoppeld kan worden aan een bepaald voertuig.

1. Zoek het voertuig dat u wilt toewijzen aan de camera door door de lijst heen te scrollen of te zoeken op voertuignaam, voertuigidentificatienummer (VIN), voertuigregistratienummer (REG) of elektronisch serienummer (ESN).
2. Tik op Volgende in de app.

Installeer de camera

Stap 1. Verbind met de voedingsbron

De camera moet verbonden worden met een voedingsbron met de juiste aansluitkabel.

Afhankelijk van uw voertuigtype zijn er een aantal manieren om dit te doen.

• Ga voor lichte bedrijfswagens of privévoertuigen (alleen 12 V) direct naar Aansluiten met een OBD-II poort (kabel C).
• Ga voor zware vrachtwagens, lichte voertuigen die vóór 1996 zijn geproduceerd of voor vrachtwagens met aansluitkabels van 9 pennen direct naar Aansluiten met een aansluitkabel met 9 draden (kabel D).
  
  • Professionele installateurs kunnen direct naar Aansluiten met de aansluitkabel met 3 draden (kabel E). Deze installatiemethode wordt alleen aangeraden voor ervaren installateurs met ervaring met elektrische bedrading.

Stap 1. Aansluiten op een OBD-II poort (kabel C)

1. Sluit kabel (A) aan op kabel (C).
2. Zoek naar de OBD-II-poort van uw voertuig.
3. De poort bevindt zich meestal onder het dashboard of onder de stuurinrichting. Als deze zich niet onder de stuurinrichting bevindt, zoek dan de OBD-II-poort.
4. Steek de kabel (C) stevig in de OBD-II poort.
   • Als de poort al door iets anders wordt gebruikt, dan moet u de installatie uitvoeren met een passthrough-kabel. Neem contact op met de klantenservice om een passthrough-kabel te bestellen.
     
     
5. Schakel het contact in.
6. Wacht 5 minuten zodat de camera kan opstarten. De rode, blauwe en groene lampjes gaan knipperen.
7. U zal een enkele pieptoon horen die aangeeft dat uw systeem juist is aangesloten en stroom ontvangt. Als de blauwe en groene lampjes niet constant branden na 5 minuten, moet u het probleem met de indicatorlampjes van de camera verhelpen.
   Sommige voertuigen schakelen de camera mogelijk in zonder dat het contact ingeschakeld is.
8. Tik op Volgende in de app.
9. Ga door naar stap 2.

Stap 1. Aansluiten aan een connector met 9 pennen (kabel D)

1. Sluit kabel (A) aan op kabel (D). Deze zijn mogelijk al aangesloten.
2. Zoek naar de aansluitkabel met 9 pennen van uw voertuig.
   • De poort bevindt zich meestal onder het dashboard of onder de stuurinrichting.
   • Steek de kabel stevig in de poort en draai om de verbinding te vergrendelen. Als de poort al door iets anders wordt gebruikt, dan moet u de installatie uitvoeren met een passthrough-kabel. Neem contact op met de klantenservice om een passthrough-kabel te bestellen.
3. Schakel het contact in.
4. Wacht 5 minuten zodat de camera kan opstarten. De rode, blauwe en groene lampjes gaan knipperen.
5. Een enkele pieptoon geeft aan dat uw systeem juist is aangesloten en stroom ontvangt. Als de blauwe en groene lampjes niet constant branden na 5 minuten, moet u het probleem met de indicatorlampjes van de camera verhelpen.
   Sommige voertuigen schakelen de camera mogelijk in zonder dat het contact ingeschakeld is.
6. Tik op Volgende in de app.
7. Ga door naar stap 2.

Stap 1. Aansluiten met de aansluitkabel met 3 draden (kabel E)

Deze installatiemethode wordt alleen aangeraden voor ervaren installateurs met ervaring met elektrische bedrading.

1. Sluit kabel (A) aan op kabel (E). Deze zijn mogelijk al aangesloten.
   • Als u een camera met drie kabels toevoegt aan een bestaande installatie met een gps met drie kabels, kunt u de 'poke and wrap-'methode gebruiken om verbinding te maken met de bestsaande voedings- en aarde-aansluitingen, als deze zijn verbonden via het beleid voor installatie en elektrische aansluitingen en de goedgekeurde bedradingsmethoden van Verizon Connect.
2. Zorg ervoor dat de motor is uitgeschakeld.
3. Zorg ervoor dat de camera is aangesloten op uw aansluitkabel met 3-draden.
4. Zoek de rode draad (constante voedingsbron).
   • Gebruik de digitale multimeter om een accukabel van 12V te zoeken voor een systeem van 12V of een accukabel van 24V te zoeken voor een systeem van 24V.
   • Steek de rode draad in de contante voedingsbron of gebruik de insteken in kabel-methode.
   • Bij het koppelen van de rode draad of bij het gebruiken van een geïntegreerde zekering moet de waarde ten minste 5 amp zijn. Let op dat u een draad voor voeding naar accessoires niet verwart met een draad voor continue voeding (12V/ 24V, altijd aan).
   • Bepaal een continue voedingsbron door de DC-spanning te meten van een draad op een digitale multimeter. Deze moet 12V/24V tonen.
5. Zoek de witte draad (ontstekingsvermogen).
   • Steek de witte draad van de camera in een ontstekingsbron van het contact.
   • Gebruik een digitale multimeter om een echte ontstekingsbron te bepalen. Deze zou 0V aan moeten geven zonder sleutel, en niet onder 9V mogen komen als het contact aan staat.
     
6. Zoek de zwarte draad (aarde).
   • Bevestig de aardkabel van de camera aan een fabrieksbout of vrije aardingsleiding volgens het beleid voor installatie en elektrische aansluitingen van Verizon Connect. Het is acceptabel om een aarding in het chassis te maken in lichte voertuigen.
     Maak geen aarding in het chassis bij oudere voertuigen voor zwaar gebruik of bij bouwmachines.
7. Schakel het contact in.
8. Wacht 5 minuten zodat de camera kan opstarten. De rode, blauwe en groene lampjes gaan knipperen.
9. U zal een enkele pieptoon horen die aangeeft dat uw systeem juist is aangesloten en stroom ontvangt. Als de blauwe en groene lampjes niet constant branden na 5 minuten, moet u het probleem met de indicatorlampjes van de camera verhelpen.
   Sommige voertuigen schakelen de camera mogelijk in zonder dat het contact ingeschakeld is.
10. Tik op Volgende in de app.
11. Ga door naar stap 2.

Insteken in kabel-methode

1. Zoek de juiste draad.
2. Strip de isolatie van een deel van de draad.
3. Maak een gat in de blootgelegde draad.
4. Steek de draad door het gat.
5. Wikkel de draad stevig vast en isoleer met isolatietape.
6. Plaats een tiewrap over de isolatietape aan elke zijde van de verbinding.

Meer informatie over de insteken in kabel-methode.

Stap 2. Verwijder het zijpaneel

1. Houd de camera rechtop met het Verizon Connect-logo naar u toe. De bevestigingsbeugel zit aan de achterkant.
2. Maak het paneel aan de rechterkant los. Zo kunt u de camerahoek aanpassen en de camera vergrendelen.
   • De twee geborgde schroeven blijven aan het paneel verbonden.
3. Tik op Volgende in de app.

Plaats een nieuwe SD-kaart, als u er een had besteld

1. Zoek naar de sleuf voor de SD-kaart. Deze bevindt zich onder de sleuf voor de SIM-kaart.
2. Bij de camera is al een SD-kaart inbegrepen. Verwijder de kaart uit door voorzichtig op de kaart te duwen. Deze zal vervolgens uit te sleuf springen.
3. Vervang de Nieuw SD-kaart in de camera door deze terug te duwen in de SD-sleuf totdat deze vastklikt.

Stap 3. Een bevestigingsplek zoeken

1. Ga op de bestuurdersstoel zitten.
2. Doe beide zonnekleppen naar beneden.
3. Houd de camera in de hoek waarin u deze wilt bevestigen op een plek binnen het gekleurde gedeelte van de bovenstaande afbeelding.
4. Tik op Volgende in de app.

Houd bij het kiezen van een locatie rekening met het volgende:

• De camera mag het zicht van de bestuurder niet belemmeren.
• Zorg dat de lens niet wordt belemmerd door de zonnekleppen, de achteruitkijkspiegel of de verduisterde zonnestrook op de voorruit. De zonnestrook belemmert de beelden van de naar de weg gerichte camera en zit in de weg van het aircosysteem van het voertuig. Overmatige warmte kan invloed hebben op de werking van de camera.

Plak de camera nu niet op de voorruit. Wacht tot stap 7.

Het is de verantwoordelijkheid van uw bedrijf om ervoor te zorgen dat het gebruik van dashcams in voertuigen voldoet aan alle toepasselijke wetten en bepalingen in uw regio. Meer informatie.

Stap 4. Pas de camera aan

1. Houd de camera op de plek waar u deze wilt bevestigen.
2. U ziet in stap 4 een voorbeeldweergave in de app.
3. Verstel de camerahoek en zorg ervoor dat deze een duidelijk beeld van de weg heeft. Draai de bevestigingslens naar boven en beneden om de camerahoek aan te passen.
4. Zorg ervoor dat de rode lijn op de horizon ligt (minstens 23 meter vooruit).
5. Tik op Volgende in de app.

Stap 5. Maak de voorruit schoon

1. Reinig de plek op de voorruit waar de camera wordt geplaatst met het meegeleverde alcoholdoekje.
2. Laat de voorruit 60 seconden opdrogen en droog na met een doek.
3. Tik op Volgende in de app.
4. Als u een voorruit met gesplitst scherm heeft, volg dan de volgende stap. Zo nee, ga door naar stap 7.
   

Stap 6. Plak de wig aan de camera (optioneel)

Voor voertuigen met een voorruit met gesplitst scherm moet u een wig gebruiken om de camera correct af te stellen. Als u geen wig heeft, ga dan niet verder met de installatie en neem dan contact op met de klantenservice om een hoekje te bestellen.

1. Houd de wig tegen de voorruit aan. De wig moet onder een hoek staan ​​zodat de camerabeugel evenwijdig aan de weg kan worden gericht in plaats van aan de voorruit.
2. Haal de beschermfolie van de plakstrip op de camerabeugel.
3. Plak de wig op de camerabeugel en druk deze 30 seconden stevig aan.
   

Stap 7. De camera plaatsen

1. Zorg ervoor dat de temperatuur van uw voorruit niet te hoog of te laag is, aanbevolen is tussen de 50°F en de 80°F (10- 26°C). Als dit niet het geval is dan hecht de plakstrip zich niet goed aan de voorruit.
2. Verwijder het afdekplaatje van de lens.
3. Haal de beschermfolie van de plakstrip op de camerabeugel (of de wig).
4. Plak de beugel of de wig op de voorruit en druk deze 30 seconden stevig aan.
   
5. Tik op Volgende in de app.

Stap 8. Vergrendel de camera

1. U kunt de camera uit de beugel verwijderen door deze krachtig naar links te schuiven.
2. Draai de vergrendeling aan met de meegeleverde schroevendraaier.
3. Schuif de camera terug in de steun tot deze op zijn plaats vastklikt.
4. Tik op Volgende in de app.

Stap 9. Werk de kabels weg

1. Verberg kabels zodat ze het zicht van de bestuurder niet belemmeren.
2. Gebruik de meegeleverde tool om de stroomkabel in de dakvoering en langs de A-stijl naar beneden te leiden, zonder de airbags te blokkeren.
3. Verberg kabels zodat ze het zicht van de bestuurder niet belemmeren.
4. Plaats de stroomkabel vervolgens naar de zijkant en achter de interieurpanelen richting de voedingsbron.
5. Bevestig alle losse bekabeling aan het voertuig en rol deze op met de meegeleverde kabelbinders.
   • Zorg ervoor dat de kabels de veilige bediening van het voertuig niet belemmeren.
6. Tik op Volgende in de app.

Stap 10. Bewaar het lenskapje

1. Wanneer u de lenskapjes niet gebruikt, moet u deze bewaren in het meegeleverde zakje met trekkoord, binnen handbereik van de bestuurder. Laat het zakje bijvoorbeeld in de bekerhouder of het zijpaneel van het voertuig zitten.
2. Zoek de privacysticker en pak deze in het raam in de deur aan de kant van de bestuurder. Scan de QR-code voor meer informatie over de bestuurdershandleiding voor dashcams en geïntegreerde video.
3. Tik op Volgende in de app.

Stap 11. Wijs de camera toe

1. Controleer het voorbeeld en pas zo nodig de camerahoeken aan voordat u de installatie voltooid.
2. Tik op Volgende in de app.

Voltooi de installatie

Als u een naar de bestuurder gerichte camera installeert, tik dan op Nieuwe camera toevoegen op het Gefeliciteerd scherm. Zo niet, tip dan op Voltooien.

Berg alles netjes op

Zorg ervoor dat een vertegenwoordiger van het bedrijf toegang heeft tot reserve onderdelen en tool, zodat de camera in de toekomst kan worden aangepast.